blog-frits-sept17
10 september 2017, door Frits van Endhoven Blog

Samenwerking in de justitiële keten, mag het even centraal?

De justitiële keten is ingewikkeld en er komt veel bij kijken. Denk aan opsporing van verdachten, rechtspraak, strafuitvoering en de begeleiding terug de samenleving in. Of alles wat komt kijken bij het helpen van slachtoffers. De samenleving wil dat dit alles snel, foutloos en rechtvaardig verloopt. Een goede samenwerking is hiervoor essentieel, maar blijkt in de praktijk een grote uitdaging te zijn. Wie is er uiteindelijk verantwoordelijk voor een goede, efficiënte en effectieve samenwerking in dit complexe landschap? Wat mij betreft is één ding duidelijk: het is nu niet duidelijk. Tijd voor een gedegen ketenaanpak.

Het gevolg: een verdachte op vrije voeten
Laten we de moord op Els Borst als voorbeeld nemen. Ten tijden van het onderzoek naar de moord op Els Borst, zijn er verschillende fouten gemaakt. Justitie, politie en de geestelijke gezondheidszorg faalden allemaal in de aanpak van moordverdachte Bart van U. In plaats van een sluitende aanpak van deze explosieve man die drie jaar in de cel had moeten zitten, werkte iedereen langs elkaar heen. Niemand nam de verantwoordelijkheid voor het gehele proces, met als gevolg een verdachte die maandenlang vrij rond liep. Ondanks het feit dat Van U. zich steeds meldde, werd hij niet vastgezet of opgenomen en kon het gebeuren dat hij betrokken raakte bij de moord op oud-politica Els Borst en op zijn zus.

Intensievere samenwerking met Veiligheidshuizen
Na de moord onderzocht de commissie Hoekstra welke rol Politie, Justitie en de GGZ hebben gespeeld en waar fouten zijn gemaakt. De conclusie van deze commissie was dat een regionale aanpak, gericht op preventie en vroege signalering van kwetsbare burgers, kan voorkomen dat mensen met problemen op meerdere levensgebieden verward raken en een mogelijke risico vormen voor zichzelf of voor anderen. Dit inzicht leidde tot een intensievere samenwerking binnen de zogenaamde Veiligheidshuizen. In deze Veiligheidshuizen participeren onder andere de gemeentes, de Politie, het Openbaar Ministerie, de Raad voor de Kinderbescherming, reclasseringsorganisaties en welzijnsorganisaties.

Samen werk maken van snelrecht en de straf ten uitvoer brengen
Een andere ontwikkeling is de zogenaamde ZSM-aanpak. Deze is opgezet om snelrecht steeds vaker in te kunnen zetten. Politie, het Openbaar Ministerie, de Raad voor de Kinderbescherming, Reclassering Nederland en Slachtofferhulp Nederland hebben deze aanpak geïntroduceerd. Na de uitspraak moet de straf nog ten uitvoer worden gebracht. Daarvoor heeft het ministerie van Veiligheid en Justitie weer een andere keten ingericht, namelijk de Uitvoeringsketen Strafrechtelijke Beslissingen (USB). Hierin werken weer (deels) andere organisaties samen (CJIB, Politie, OM, ZM, KMAR, I&I, DJI, AICE, 3RO, NIFP en JUSTID).

De praktijk
Al met al een brij aan organisaties (ieder met hun eigen bestuurders en belangen) die een cruciale rol spelen en intensief dienen te overleggen en samen te werken. De huidige werkwijze lijkt gebaseerd te zijn op het principe van ‘coalition of the willing’. Zonder duidelijke regie en zonder centraal budget gaan de discussies al snel over de verkeerde dingen. De ketting blijkt keer op keer zo sterk te zijn als de zwakste schakel en het doel wordt niet of zelden gehaald. Alle betrokken organisaties zijn belangrijk, maar alleen echt betekenisvol in samenwerking met de anderen. Alleen gaan ze misschien sneller, maar samen komen deze organisaties pas echt verder!

‘Even’ centraal
Hoe kunnen alle betrokken instanties bij elkaar komen? Er moet ‘iets’ centraal ingericht worden om sturing te geven. Iets dat dwars door alle bestuurslagen, verschillende ministeries en directies heen kan gaan. Niet de organisaties, maar het proces zou leidend moeten zijn in de ketenaanpak. Reeds bij de Veiligheidshuizen wordt er begonnen aan het opbouwen van het zo integraal en volledig mogelijk persoonsbeeld van de betrokken persoon (dan nog niet perse een dader). Door deze informatie in de gehele keten te gebruiken, wordt voorkomen dat er cruciale informatie over een persoon gemist wordt. Zo had moordverdachte Bart van U. al veel eerder in de gaten gehouden kunnen worden.

Tijdige en juiste informatie voor de ketenpartners maakt zorg, preventie, rechtspleging, slachtofferhulp en reclassering effectiever en efficiënter wat uiteindelijk bijdraagt aan een veilige en rechtvaardige samenleving.  Nog een stap verder zou het actief ondersteunen van de werkprocessen zijn, door ‘het samenwerken aan een case’ mogelijk te maken. Alle organisaties in de keten zouden dan beschikken over dat ene opgebouwde persoonsbeeld en kunnen samenwerken in en aan dat ene dossier, waarmee het gehele proces gefaciliteerd wordt.

Benieuwd naar mijn concrete aanbevelingen?

Neem contact op met Frits voor meer informatie. En leer hoe je samen écht verder kan komen.

Contact Plan een afspraak
Frits
`van Endhoven
Senior Accountmanager